De nieuwe grachtengordel. De realisatie van het Algemeen Uitbreidingsplan van Amsterdam
Een stadsuitbreiding met de allure van de grachtengordel, dat was de ambitie achter het Amsterdamse Algemeen Uitbreidingsplan (AUP) uit 1934.
Daar werd geen letterlijke kopie van monumentale straatwanden aan gebogen waterwegen mee bedoeld, maar een nieuwe stad waarin iedereen - sociaal gelijk en omgeven door voldoende ruimte, groen en licht – zichzelf kon ontplooien. De oplossing werd gevonden in een reeks van nieuwe tuinsteden. De realisatie van het plan leidde vanaf 1949 tot een verdubbeling van de omvang van de stad. In een verbazingwekkend kort tijdsbestek van tien jaar verrezen rond Amsterdam 50.000 woningen in wijken als Bos en Lommer, Watergraafsmeer, Slotermeer, Geuzenveld, Osdorp en Buitenveldert. Hoe organiseerde Amsterdam deze megaklus, welke (buitenlandse) steden dienden als voorbeeld? Wat waren de telkens terugkerende thema’s en problemen? De auteurs brachten maanden door in het eindeloze archief van de Dienst Publieke Werken Amsterdam. Deze onuitputtelijke bron van gegevens is de ware hoofdpersoon van dit boek.
De bijdrage van Lara is het hoofdstuk over het groensysteem van het AUP: de collectieve recreatieruimte. Groen was in het AUP stedenbouw geworden, een op het hoogste schaalniveau structurerend en verbindend motief. De droom van een ‘open stad’ betekende ook de opkomst van de gemeenschappelijke tuin, het hoofdpijndossier van de Amsterdamse tuinsteden. Het ontwerp van een nieuwe stedelijke groentypologie ging schoksgewijs en was een aaneenschakeling van experimenten. In dit hoofdstuk krijgt het welverdiende aparte aandacht.
2017
Marinke Steenhuis (red), Vincent van Rossem, Jeroen Schilt, Paul Meurs, Lara Voerman, Minke Walda. Foto’s van Luuk Kramer. Vormgeving door Beukers Scholma. Uitgegeven door THOTH.